Makreeldag van Cecile Koops
Hey lieve lezers van Bookstamel, het is weer zondag en dat betekent dat het weer tijd is voor een nieuw kort verhaal. Dit keer is het verhaal geschreven door Cecile Koops een nieuw gezicht op mijn blog! Tijd dus om Cecile Koops eerst even aan jullie voor te stellen voordat we naar het verhaal Makreeldag gaan.
Wie is Cecile Koops?
Cecile Koops is geboren en getogen in het Gooi, ze woonde sinds haar studietijd-Neerlandistiek bij de Universiteit van Amsterdam in de hoofdstad. Naast studeren, beleefde ze een vrolijke tijd als kok en later als bedrijfsleider bij een café-restaurant in die stad, waar de dorpse verlegenheid voorgoed het onderspit begon te delven. Later volgde een serieuzere carrière, als senior productmanager in een internationale omgeving, bij een grote bank. Voor haar werk reisde ze regelmatig door Europa.
Zo’n twintig jaar geleden keerde ze terug naar de streek waar haar wortels liggen. Een relatie armer en een dochter rijker. Vrijwel heel haar leven was ze dol op schrijven, schilderen, tekenen en tuinieren. Die vermaledijde tijd ervoor vinden, als alleenstaande moeder naast een meer dan fulltime baan, bleef lastig. Wel volgde (en volgt) ze talloze schrijfcursussen, als schrijver ben je immers nooit uitgeleerd.
Vanaf de oprichting, eind 2017, is ze lid van het Huizer Schrijversgilde waarvan ze inmiddels vicevoorzitter is. Voor haar betekende dat moment een stok achter de deur om eindelijk echt werk van haar schrijfambities te maken.
Tegenwoordig is het haar (dankbare) taak om vanuit het Schrijversgilde in samenwerking met bibliotheek Huizen, Laren, Blaricum het maandelijkse Open Podium, waar dichters en schrijvers hun werk kunnen voordragen, te organiseren.
Sinds 2018 vond ze eindelijk haar schrijfrust, nou ja rust … ik ben niet meer achter de laptop weg te slaan. Het plotten en schrijven van verhalen, is het allerleukste werk om te doen. Vanaf het begin schrijft ze korte, fictieve verhalen, waarmee ze inmiddels de nodige prijzen heeft gewonnen. En tal van verhalen zijn uitgebracht als boek. Zoals
Wil je haar boeken ontdekken neem dan eens een kijkje op haar website www.cecilekoops.com.
Makreeldag
‘Snertweer!’ Appie, een vent van een jaar of veertig met het stevige postuur dat je niet bij zijn
naam zou verwachten, glibbert over de spekgladde straat waar de weggeschoven sneeuw in
grote hopen naast de kramen op de markt ligt. Dikke vlokken sneeuw vallen op zijn vale zwarte
jas en plakken aan zijn grijzige puntbaard. Thuisblijven in dit weer is geen optie, elke zaterdag
dwingt hij zichzelf naar de markt te lopen. Zoals zijn moeder haar vaste maandag-wasdag heeft,
is zaterdag zijn makreeldag.
Bij zijn favoriete viskraam koopt hij vers gerookte makrelen, waarvan hij eerst de staat van de
ogen bekijkt. Oude vis met ingezakte ogen of een doffe huid weigert hij. Bij de groentestal
ernaast haalt hij twee grote citroenen. Dat is alles wat hij naast drank nodig heeft in het
weekend.
Thuisgekomen snijdt hij de glimmende beesten open. Ondanks zijn kolenschoppen van handen
haalt hij behendig de lange graat eruit, waarna hij de koppen eraf snijdt en met een boog in de
etensbak van de kat smijt. Met een doorgesneden citroen en een bergje zout verdeelt hij de
makrelen over twee borden.
Straks komt een nieuwe vriendin bij hem eten. Vorige week heeft hij Marina bij toeval in zijn
stamcafé ontmoet, een vrolijke vrouw met gevoel voor humor. Zo dacht hij er in ieder geval over
na het consumeren van de nodige alcoholische versnaperingen. Hij blikt zijn volle kamer rond. Op
de planken in de kast staan stoffige bierglazen – hoge, rechte of op een voet met een bolle buik –
die hij door de jaren heen heeft verzameld. Het allegaartje aan meubels sprokkelde hij bij de
tweewekelijkse grootvuildagen bij elkaar. Zelfs de kringloop zou die spullen niet aannemen,
vermoedt hij. Het interesseert hem niet, hij gaat voor het comfort van een luie stoel en niet voor
showroommodellen.
Marina belt aan, ze volgt hem de kamer in.
‘Ga zitten.’ Het klinkt als een bevel. Met een stem getekend door vele jaren drank, herhaalt hij
iets opgewekter zijn woorden. ‘Ga lekker zitten.’
Hij herinnert zich niet wanneer er voor het laatst een vriendin bij hem over de vloer kwam. Erg
lang geleden, zoveel is zeker. Misschien wel toen hij nog slank was, voordat zijn lichaam begon
uit te dijen tot een lijf dat hij met de beste wil van de wereld niet langer volslank kan noemen.
Een gevoel van spijt dat hij het zover heeft laten komen, overvalt hem. Hij rukt zich los uit zijn
deprimerende gedachtes. ‘We eten makreel, net vers gerookt en nog lauw. Het lekkerste wat er
bestaat, vind ik zelf. Je lust toch wel vis?’ Hij kijkt haar vragend aan.
Marina knikt.
‘Mooi. Zo’n beest moet je niet aanmaken of allerlei fancy dingen mee doen. Gewoon wat zout en
citroen erop, dat is het lekkerst.’
Hij schuift een bord op haar schoot en zet de televisie aan. ‘Gezellig dat je er bent. Wil je een
biertje?’
‘Heb je ook witte wijn?’
‘Nee, niet aan gedacht.’
‘Doe maar een biertje dan.’
‘Met een glas?’
Marina kijkt verschrikt. ‘Ja, met een glas erbij. Ik drink niet uit een flesje.’
‘Proost! Ik ben blij je weer te zien. En hoe gaat het met jou?’
Marina mompelt iets onduidelijks. Terwijl de blauwige gloed van de televisie de schemerige
kamer verlicht, neemt ze een eerste hapje van de makreel. Vrijwel direct maakt ze schraperige
geluiden met haar keel en loopt rood aan.
‘Moet ik op je rug kloppen?’ Appie blijft onverstoord zitten.
‘Gggch, gggch,’ klinkt het uit haar mond. Ze komt overeind.
Appie staat op en klopt onhandig op haar rug. Het sorteert geen effect. Voor zijn ogen zakt ze in
elkaar, grijpt naar haar keel en laat een laatste rochel uit haar longen lopen. ‘Godallejezus,’
stamelt hij. Wat een krankzinnig verloop van een etentje waarnaar hij zo had uitgekeken. De
televisie overstemt de oorverdovende stilte.
Iemand die in een graat stikt, is geen geschikte vrouw voor hem. Het is een bevrijdende gedachte
wanneer hij naar de telefoon loopt om een dokter te bellen. Terwijl hij op de komst van de arts
wacht, neemt hij grote happen van zijn makreel, het zou doodzonde zijn die lekkere vis niet op te
eten.
Dat was het verhaal Makreeldag van Cecile Koops! Super bedankt Cecile voor je leuke verhaal.
Meer korte verhalen lezen lees dan eens De boom in van Mienke Fijen of De man op de hei door Sascha.
Liefs, Melanie
*** Let op bloggen is een hobby voor mij, ik heb dan ook niemand die mijn teksten na kijkt op spelling want dat zou mij een paar 100 euro in de maand kosten. Ik heb dyslexie dus de kans is groot dat er hier en daar een spelfoutje in de tekst staat. Ik doe er alles aan om deze te voorkomen maar helaas is dat niet altijd mogelijk. ***