Interview met Mathijs Hulster
Hallo lieve lezers van Bookstamel, Vandaag is het alweer tijd voor het interview met Mathijs Hulster! Mijn recensie van zijn boek houden jullie nog even te goed. Door al mijn lichamelijke klachten lukt het me momenteel niet om een dik fantasie boek of een thriller te lezen. Ik moet even pas op de plaats maken zoals jullie hebben kunnen lezen. Dus lees ik even de dunne boeken met weinig moeilijke woorden weg die ook prachtig zijn!. Maar ik kan niet wachten om het boek te gaan lezen als het straks weer wat beter gaat. Kennis maken met Mathijs Hulster voor je het interview leest dat kun je natuurlijk doen door het blog Even voorstellen Mathijs Hulster te lezen.
Interview met Mathijs Hulster
Toen je begon met schrijven, wist je toen al gelijk dat je ooit een boek wilde gaan uitbrengen?
Ik was vijftien toen ik aan mijn eerste ‘serieuze’ verhaal begon. Dat was een sciencefiction verhaal, een ideeënbom met magisch begaafde buitenaardse rassen die in alle uithoeken van het universum zochten naar een soort uitverkorenen. Na twintig handgeschreven pagina’s schoof ik het aan de kant zoals dat gaat met eerste verhalen op jonge leeftijd. Vanwege een vastlopend plot. Veranderende stijl. Betere verhaalideeën.
Op mijn zeventien besloot ik: nu ga ik een boek schrijven. Ik had slechts een handjevol fantasy kinderboeken gelezen en was volstrekt onbekend met het genre. De zoon van de tovenaar van Cecilie Eken had jaren eerder zoveel indruk op me gemaakt dat ik Koning van de stilte (2003) op die setting baseerde. En nee, ik heb nooit een moment getwijfeld dat het een boek zou worden – een boekje wellicht, met zijn 48.000 woorden.
Nadat je in 2003 een boek in eigen beheer uitbracht duurde het best een tijdje voor je volgende boek verscheen. Hoe kwam het dat daar zoveel tijd tussen zat?
Je wilt mijn alibi? Oké, daar gaan we. Na Koning van de stilte ben ik nooit met schrijven gestopt. Ik was enkele jaren zoet met het vervolg en begon zelfs aan het slotdeel. Ik deed mee aan verhalenwedstrijden en las in die tijd liever boeken over schrijftechniek en vertelkunst dan een roman. Het idee van De Vrije Wereld ontkiemde in 2008 na de workshopweek Bloedstollend op het festival Buitenkunst. Het manuscript werd een kinderverhaal voor 12+. Al in 2009 legde ik de eerste hand aan het vervolg, De staf van Apophis.
Het vinden van een uitgever kan een lang en inspannend proces zijn en ik beleefde een hele poos voldoende genoegen aan het schrijven zelf. Pas in 2014 besloot ik dat het afgelopen moest zijn. Op een feestje van horrorschrijver Thomas Olde Heuvelt leerde ik mijn uitgeefster Cocky van Dijk kennen. Ik pitchte het manuscript van De Vrije Wereld, nam een jaar de tijd om het boek te herschrijven naar young adult en de rest is geschiedenis.
We lazen in het voorstelblog al dat je veel inspiratie hebt gehaald uit je reizen naar Azië en Afrika. Wat is het mooiste dat je hebt meegemaakt tijdens deze reizen?
Ach, er waren zoveel mooie dingen… het uitzicht op de mt. Everest vanaf 5700m hoogte vond ik prachtig. De Zuid-Afrikaanse Drakensbergen onder een laagje sneeuw waren schitterend. Ik denk dat het mooiste is dat mensen in arme gebieden toch gastvrij en vriendelijk bleven. Ook de gevaarlijke herinneringen koester ik: plekken waar ik door een misstap of een windvlaag 1000m omlaag had kunnen storten zal ik niet snel weer opzoeken. Agressieve bedelaars maakten een taxirit door het nachtelijke Kaapstad behoorlijk spannend. Maar ja, door af en toe de angst op te zoeken, weet je dat je leeft.
Welk land zou je nog graag eens bezoeken?
Nog eens? Elk land behalve China. De smog van Beijing sla ik graag af (verder was China prachtig). Amerika-Canada en Australië-Nieuw Zeeland staan nog op mijn lijstje. Om daar recht aan te doen zou ik er elk drie maanden voor willen nemen. Verder zie ik uit naar een bezoek aan een aantal oude ruïnes in Zuid- en Midden-Amerika en de geheimzinnige rotsformaties daar.
Inmiddels zijn er meerdere boeken van jouw hand verschenen. Wat is de belangrijkste les die je hebt geleerd tussen het eerste en het laatste boek?
De belangrijkste les ligt in schrijftechniek, denk ik. Hoe vertel je een verhaal? Wanneer zoom je in of vertel je juist in vogelvlucht? Waar past humor, emotie, een weelderige beschrijving of juist minimalisme? De nuances daarin kunnen een verhaal maken of breken.
Verder ben ik opgeschoven van een organische schrijver naar iets meer een plotter. Ik weet nu beter dan voorheen welke obstakels ik in mijn plots ga tegenkomen. Al moet ik toegeven dat mijn personages nog steeds een keurig gestructureerd plot overhoop kunnen gooien. Personages houden niet van dat keurslijf, zo lijkt het. Van ruzies tussen plot en personage heb ik geleerd dat ik mijn personages het laatste woord moet geven, anders worden ze vlak of ongeloofwaardig.
Inmiddels worden je boeken uitgegeven door uitgeverij Zilverbron. Hoe ben je bij deze uitgeverij terecht gekomen?
Het verhaal van de pitch aan Cocky ken je nu. Daarbij moet ik zeggen dat ik daarvóór al eens op Castlefest bij de stand was komen neuzen. Daar sprak ik al kort met Cocky en de fantastische auteurs J Sharpe en Kim ten Tusscher en Kelly van der Laan. De sfeer was goed en het concept van een uitgeverij die zijn auteurs op beurzen en festivals zo naar lezers toebrengt, maakte me erg enthousiast.
Zilverbron staat normaal vaak op festivals. Helaas is dit door corona de laatste 2 jaar minder geweest. Maar ik ben reuze benieuwd hoe het is om als auteur mee te gaan naar deze festivals.
Dat is heerlijk. Het zijn soms hectische dagen als je vanaf de opening tot na sluitingstijd op Elfia, Castlefest of Comic Con staat, maar het geeft mij enorm veel energie. Eerst heb je het weerzien met de collega-auteurs, wat gelijk een warm bad is. Auteurs zijn een heel fijn soort mensen, echt waar… Daarna hoor je van Barry van Dijk de strategische analyse achter de positie die je op de stand hebt gekregen. Peter deWillis keurt de koffie – steeds weer weet hij zijn handen om dat begeerde eerste bekertje te krijgen 😉 – en dan ineens komen plukjes bezoekers de tent in. Oogjes die nieuwsgierig de stand in gluren. Handen die voorzichtig boeken oppakken. En voor je het weet wordt er gesigneerd en gelachen en moet je harder praten om jezelf naar lezers verstaanbaar te maken.
Na 5 jaar beurzen draaien voelt het soms als een reünie met lezers. Doorgewinterde Zilverfans weten de stand snel te vinden. Maar ook de ontmoetingen met nieuwe lezers zijn geweldig en vervelen nooit, in al die jaren niet. Wat zullen die mensen van mijn boeken vinden? denk je dan steeds. Toen De staf van Apophis uitkwam, was het fantastisch om al die ongeduldig trappelende mensen eindelijk het vervolg op boek 1 te kunnen overhandigen. De beurzen en festivals geven altijd een boost aan mijn creativiteit. Na zo’n weekend moet ik de volgende dag echt even switchen voordat ik weer in de fysiotherapiepraktijk mensen behandel. Zucht… wat verlang ik naar die beurzen.
Je schrijft verhalen voor Young Adults. Is het een bewuste keuze geweest om voor deze doelgroep te gaan schrijven of paste je verhaal het beste bij deze doelgroep?
De Portaal-serie past bij uitstek bij jongvolwassen lezers. Het volgt het hoofdpersonage Jessy, een tiener die een ongelooflijk avontuur aangaat in het dodenrijk – de Vrije Wereld. Ze ontmoet wijze tovenaars en verdorven mensen met kwade bedoelingen en zoekt haar plek in die wereld. Spanning, verwondering en mysterie staan centraal in de serie.
Ik heb eerder kinderverhalen geschreven en schrijf ook graag voor volwassenen. Wanneer boek 3 eind 2021 uitkomt, dan zal ik met veel plezier een oud manuscript oppakken dat een fantasy-thriller gaat worden.
Wat vind je als schrijver het moeilijkste aan het proces van verhaal in je hoofd naar boek in de winkel?
Verreweg de meeste inspanning gaat naar het editen van de tekst. Ideeën en plots floepen er vrij snel uit, maar het pakkend maken van een tekst is voor mij een vakmanschap dat zeeën van tijd opslurpt. Ergens in mijn hoofd bevindt zich een schakelaar tussen ‘manuscript’ en ‘boek’. Die gaat tijdens het redactieproces over. Ik ben behoorlijk perfectionistisch en kan uren aan één alinea zitten schaven, zinsdelen verwisselen, woordkeuzes en metaforen veranderen, totdat ik tevreden ben. Ik ben niet bang voor writersblock. Domweg de uren maken is bij mij de sleutel.
Lees jezelf ook nog graag boeken van je Collega auteurs?
Ik ben altijd reuze nieuwsgierig naar de boeken van collega’s. Op festivals lees ik graag achterflappen en enkele bladzijden en neem er zo nu en dan een – gesigneerd! – mee naar huis. Helaas heb ik er niet zoveel gelezen als ik wil omdat de tijd me ontbreekt en ik ook nog eens erg traag lees. Voor sommige mensen klinkt het gek, maar een boek lezen is voor mij iets wat maanden duurt. Op de middelbare school is het woord dyslexie weleens gevallen, al heb ik nooit problemen met spelling of grammatica gehad.
Is het lastiger om je boeken aan de man te brengen nu veel niet mogelijk is door corona?
Ja, dat is het zeker. Festivals en beurzen zijn erg belangrijk voor mijn verkoop. Online verkopen is natuurlijk ook goed mogelijk, maar ik heb gekozen om de vrije weekenden van 2020 vol in te zetten op het schrijven. Deel 3 zal het dikste boek van de Portaal-serie worden en ik wist al vroeg dat ik voor de afronding veel tijd nodig zou hebben. Mijn aanwezigheid op de sociale media is wat karig geweest, maar ik kan je verzekeren dat dat gaat binnenkort veranderen. De redactie staat voor de deur en ik zie ernaar uit om alvast wat tipjes van de sluier te geven…
Ik las altijd met veel liefde en plezier je blogs op je website maar daar zie ik sinds 2020 niks nieuws meer op staan. Ga je dat wel weer oppakken?
Dat ga ik zeker doen, zie ook de vorige vraag. Ik heb lange tijd geaarzeld of er een boek 4 zou moeten komen vanwege de omvang die het manuscript van boek 3 kreeg. Nu het einde in zicht is, durf ik weer aan de blogs en andere verrassingen te denken. Die worden vervolgd!
Kun je voor de lezers die de Portaal serie nog niet kennen in het kort vertellen waar de serie over gaat?
De Portaal-serie is een bloedstollend young adult-fantasy avontuur vol magie, raadsels en intriges. Door de vloek van een Oudegyptisch masker ontwaakt Jessy in de Vrije Wereld, het land waar de doden verder leven. Daar zijn het Oude Egypte en het Romeinse Rijk nog springlevend. Jessy ontdekt dat ze een gave heeft die zelfs de wijze Ingewijden niet kunnen ontcijferen. De vloek lijkt samen te hangen met een duister plan van de hogepriester Thyranoen en zijn terroristische groepering die zich de Orde van Apophis noemt. Als Jessy ontdekt dat Thyranoen zijn macht leent van een wezen dat ouder is dan het Oude Egypte en alles op alles zet om het masker in zijn bezit te krijgen, is niet alleen het dodenrijk in gevaar…
Is de wereld gedoemd te vallen voor Thyranoens listige plan?
Zit Jessy voor altijd opgesloten in het dodenrijk of bestaat er een weg terug naar huis?
Welk geheim schuilt er achter haar gave?
Je leest het in de boeken van de Portaal-serie!
Wie is je favoriete personage uit de Portaal serie?
Get, wat een moeilijke vraag. Alle personages hebben wel een kant van mij. Ik heb natuurlijk een voorliefde voor Jessy, het hoofdpersonage. Ze kan wat kattig zijn en is niet op haar mondje gevallen. Tegelijk heeft ze maar een klein hartje en als ze in de spotlights staat, kan ze maar wat verlegen zijn. Met haar kunnen lezers zich gemakkelijk identificeren. Ik houd ook erg van de meer duistere karakters. Ik ben trots op Thyranoen, Wafad en Tadon. Als ik hun pijn voel, dan worden ze voor mij net zo mooi en echt. Ook de wijze, meer goedaardige magiërs zijn prachtig, ondanks hun verdriet en tekortkomingen. Heel eerlijk, mijn échte favoriete personage kan ik hier niet noemen, dat zou voor lezers te veel weggeven. Maar wanneer je boek 3 uit hebt, denk ik dat je het zou kunnen raden.
Met welke auteur zou je wel eens samen aan een boek willen werken?
Oei… over die vraag heb ik nog nooit serieus nagedacht. En wat vind ik hem moeilijk! Ik ben altijd een soloschrijver geweest. Schrijven is voor mij een ontdekkingsreis van mijn innerlijk. Ik denk dat ik bang zou zijn om halverwege het boek erachter te komen dat mijn co-auteur een andere bestemming voor ogen heeft. Maar soms in het leven vind je met iemand een geweldige klik. Misschien gebeurt dat mij als schrijver nog eens.
Wat betekent een Vrije Wereld voor jou?
De Vrije Wereld is een ingewikkelde en vaak chaotische plek. Een van de weinige dingen die de mensen daar verbindt, is dat ze allemaal al een keer dood zijn gegaan. Voor sommigen was dat duizenden jaren geleden, voor anderen onlangs. De Vrije Wereld is een plek waar je een tweede kans krijgt. Waar je opnieuw kunt beginnen, jezelf kunt herontdekken. Tegelijk ben je er omringd door het verleden: oude beschavingen (en hun inwoners!) zijn er springlevend, je kunt er je overleden familieleden weer zien. Het is een plek waar bezinning over levensvragen en levensgevaarlijk avontuur hand in hand gaan. Ps: als ik klink als een reisleider, is dat geen toeval. Kom een keer naar de stand van Zilverspoor, dan zal ik je de Reisgids voor het dodenrijk meegeven (geen grapje!).
Voor mij is de Vrije Wereld is een heerlijke wereld om over te schrijven. Als ik wil, kan ik elke historische figuur op het toneel hijsen. Ik kan de overleden farao Cleopatra een magische gave geven en van Julius Caesar een straatmuzikant maken die het regeren al eeuwen beu is. Je begrijpt dat ik met de Vrije Wereld nooit om inspiratie verlegen zit en nog genoeg stof heb voor nieuwe boeken in het Portaal-universum…
Stel je kon een ding veranderen in de wereld. Wat zou je dan veranderen?
Nu weet ik niet zeker welke wereld je bedoelt. Er zijn er zo veel! Ik zal je vraag voor twee werelden beantwoorden:
– De wereld van de levenden: onze wereld. Het zou fijn zijn als mensen met wat geduld naar elkaar konden luisteren. Juist bij meningsverschillen. Misschien zouden mensen dan van elkaar leren en was er minder polariteit.
– De Vrije Wereld: daarvoor geldt hetzelfde, denk ik. Verder zou ik er misschien de magie weghalen. Zonder magie zou je al die zelfzuchtige tovenaars niet hebben en hadden de gewone man en vrouw wat meer gelijke kansen.
Wat is het belangrijkste ingrediënt in jouw boeken? Zeg maar waaraan herkennen we een echte Mathijs Hulster?
In een Mathijs Hulster-boek zit altijd een portie filosofie, al dan niet vergezeld met spiritualiteit. Ik probeer mijn overdenkingen van de regenachtige zondagmiddag in een comfortabel jasje te gieten. Verder lees je bij een Mathijs Hulster vlot door het verhaal heen en kom je op wonderlijke plekken.
Is er al iets bekend over wanneer we het derde boek in de Portaal serie kunnen gaan verwachten?
Ja, nou en of! Half augustus begint de redactie en in november komt het uit. Eerst lag de planning voor publicatie op augustus, maar het boek is toch wat langer geworden dan gedacht. Het is de afsluiter van de trilogie en om het einde sterk en geloofwaardig te maken, heb ik aardig wat ruimte nodig. Ik zie erg uit naar de beurzen en festivals, dan is het weer signeren geblazen!
Op welke plek werk je eigenlijk het liefste aan je boeken?
Vaak zit ik op de bank met mijn laptop op schoot. Als ik daar genoeg van heb, ga ik aan de eettafel zitten. Ik wissel af. Mijn bureau gebruik ik zelden meer, gek is dat eigenlijk… In de zomer zit ik graag op het balkon en op vakantie heb ik in prachtige parken geschreven waar de inspiratie gemakkelijk opborrelt.
Is er een onderwerp waar je graag over wil gaan schrijven als de Portaal serie is afgerond?
Ik heb een heerlijke fantasy-thriller op de plank liggen – voor volwassenen dus. Daar heb ik heel veel zin in. Een rechtenstudente stelt haar vriend na hun eerste jaar samen voor een ultimatum. Hij moet haar nu eindelijk eens uit de doeken te doen waarom zijn verleden rammelt, hij geen familie heeft en ze niets over zijn werk mag weten. Met haar zoektocht naar de waarheid zet ze meer op het spel dan haar relatie…
Tussendoor zal ik verdergaan met een horror kortverhaal. Of twee. Na al die jaren van young adults zie ik ernaar uit de volwassen stem op te pakken.
Oké, tot slot heb ik een paar dilemma’s voor je. Welke kies jij en waarom?
E-boek of papieren boek?
Papier. De grip. De geur. De plof op tafel. Vind ik veel fijner.
Muziek of tv?
Muziek. Tijdens het schrijven zijn dat soundtracks van films, meditatiemuziek, Celtische-/ wereldmuziek. In de auto zap ik wat langs alle radiofrequenties. Ik heb geen tv-abonnement meer. Ik kijk Youtube en zo nu en dan Netflix.
Luisteren of praten?
Luisteren! Tijdens een festival ben ik trouwens niet op mijn mondje gevallen, maar luisteren is meer mijn eerste natuur.
Nooit meer kunnen zien of nooit meer kunnen horen?
Ach, wat een nare vraag, Melanie! Dan nooit meer kunnen horen. Dat klinkt misschien tegenstrijdig met je vraag over muziek of tv, maar niets zien lijkt mij het meest onpraktisch in het dagelijks leven.
Binnen of buiten?
Ik ben een buitenmens. Buiten tennissen, hardlopen, fietsen, daar fleur ik van op. Buiten schrijven of een boek lezen vind ik ook meer ontspannen als het weer het toelaat.
Eigenwijs of meegaand?
Oef, echt een dilemma voor mij. Ik ben van nature eigenwijs en denk graag tegen de gevestigde stroom in. Maar dat is mijn gedachtewereld. In mijn handelen ben ik vrij meegaand. Ik zie er vaak niet de zin in om mijn wil door te drukken, tenzij iemands mening 180 graden haaks staat op die van mij.
Donker of Licht?
Ah, Licht met een hoofdletter. In dat geval beide. Allebei kunnen ze mooi zijn, op hun eigen manier. Maar Licht wint uiteindelijk, want dat kan de duisternis verlichten – denk: zaklamp. En Donker kan Licht niet verduisteren… oké, snap je het nog?
Als het over het alledaagse licht en donker gaat, ben ik een dagmens, geen nachtbraker. ‘s Avonds wil ik op tijd in bed liggen om fit te zijn voor morgen. Bovendien schijn je ‘s nachts vleermuizen en vampiers te hebben en zo, laat die dan hun ding maar doen…
Fantasie of werkelijkheid?
De werkelijkheid ontsprong ooit uit een fantasie, dus dat is een kip-en-ei-vraag. Sorry, ik laat me te veel gaan… Voor mij hebben beiden een plaats. Na al dat schrijven, een boek lezen en wegdromen heb ik ook wel eens genoeg van al die concepten en ideeën en denk ik: man, laat die handjes eens wapperen! Mijn werk als fysiotherapeut en sport zijn dan een prima remedie.
Drankje of een snack?
Drankje. Koffie of thee. Ik ben te veel een gezondheidsfreak voor een snack.
Schrijven of lezen?
Schrijven. Ik wil mijn ideeën op papier krijgen. Dat geeft me de meeste voldoening en trots. Vanwege mijn langzame leessnelheid luister ik graag naar audioboeken. Strikt genomen is dat geen lezen, dus vandaar: schrijven.
Ik hoop dat jullie dit interview met Mathijs Hulster leuk vinden! Mathijs super bedankt dat je mee wilde doen aan de blogs van eigen bodem.
Liefs, Melanie
*** Let op bloggen is een hobby voor mij, ik heb dan ook niemand die mijn teksten na kijkt op spelling want dat zou mij een paar 100 euro in de maand kosten. Ik heb dyslexie dus de kans is groot dat er hier en daar een spelfoutje in de tekst staat. Ik doe er alles aan om deze te voorkomen maar helaas is dat niet altijd mogelijk. ***