Interview met Jeroen Windmeijer
Hallo lieve lezers van Bookstamel, Jeroen Windmeijer is een auteur die ik al wat langer volg op Facebook. Zijn boeken trekken mij op een of andere manier aan. Ik was doen ook superblij dat Jeroen in 2021 mee wil doen aan de blogs van eigen bodem. Echter bracht hij onlangs een nieuw boek uit: De Genesissleutel. Dus vonden we het eigenlijk wel leuk om jullie vast een klein voorproefje te geven door middel van een interview met Jeroen Windmeijer.
Interview met Jeroen Windmeijer
Het is de eerste keer dat ik wat plaats over jou op mijn blog. Kun je misschien je zelf in het kort voorstellen aan de lezers van Bookstamel?
Van huis uit ben ik cultureel antropoloog, gepromoveerd op een onderzoek naar de Otavalo-indianen in het noorden van Ecuador. Ik heb een grote passie voor Latijns-Amerika. Na mijn promotie ben ik lange tijd leraar godsdienst en maatschappijleer geweest op een middelbare school in Leiden. In 2015 debuteerde ik met Het Petrusmysterie. Samen met Het Pauluslabyrint (2017) en Het Pilgrim Fathers Complot (2018) vormt die de zogenoemde “Leidse trilogie” – al kunnen de delen los van elkaar in willekeurige volgorde worden gelezen. Daarna volgden De Offers (2019), Het Isisgeheim (2020; met Jacob Slavenburg) en half oktober is De Genesissleutel (2020) uitgekomen. In maart 2021 staat het tweede boek met Jacob Slavenburg op stapel: Het Evacomplex. Al mijn boeken verschijnen bij HarperCollins Holland.
Je bent docent godsdienst en maatschappijleer. Iets heel anders dan taal. Ik vroeg me af waar je passie voor schrijven dan vandaan komt?
Vorig jaar heb ik mijn baan als docent opgegeven om me volledig op het schrijverschap te kunnen richten. Maar op zich ligt het schrijven best in het verlengde van het docentschap hoor. Iedere leraar probeert zijn publiek met een goed verhaal te boeien, welk vak je ook geeft. En dan spelen verhalen met name bij het vak Godsdienst natuurlijk een heel grote rol. Ik ben altijd gek geweest op lezen en op verhalen, dus het lag wel een beetje in de verwachting dat ik daar “ooit” iets mee zou gaan doen.
En valt het schrijven van boeken goed te combineren met je baan als docent?
Eerst schreef ik alleen op mijn vrije vrijdag en toen ben ik een dag minder gaan werken. Maar het succes van mijn boeken werd steeds groter, waardoor ik het steeds drukker kreeg, met signeersessies, stadwandelingen, lezingen, mailtjes beantwoorden en ook weer nieuwe boeken schrijven. Ik kreeg steeds meer het gevoel twee banen naast elkaar te hebben en dat was niet langer vol te houden. Ik heb besloten mijn hart te volgen en dat te gaan doen waar ik het meest blij van word. Dat is schrijven.
Je eerste drie boeken speelde zich af in Leiden. Met De Offers (Bolivia) en De Genesissleutel (Peru) heb je twee delen geschreven van een Latijns-Amerika trilogie. Hierna volgt nog een boek dat zich op Paaseiland gaat afspelen. Waarom heb je er voor gekozen om in deze trilogie Nederland te gaan verlaten?
Ik was bang dat ik in herhaling zou gaan vallen. In boeken als de mijne heb je toch vaak dat twee (groepen) mensen achter elkaar aan rennen, omdat de ene iets heeft dat de ander wil hebben. En dan is Leiden uiteindelijk gewoon vrij klein. Je komt uit op dezelfde punten zoals de Burcht, de Pieterskerk, de Hortus… Ik wilde mezelf uitdagen en nu eens een heel nieuwe omgeving kiezen. Overigens keerde ik met Het Isisgeheim (samen met Jacob Slavenburg) weer terug naar Leiden hoor. In maart 2021 komt van hem en mij weer een nieuw boek uit, Het Evacomplex, en dat speelt ook weer in Leiden. De stad is hier meer het decor geworden en de straten en gebouwen spelen een minder prominente rol dan in de andere boeken.
Je bent een leraar in hart en nieren en wil met jouw boeken dan ook graag dat mensen er iets van opsteken. Wat is de belangrijkste les of verhaal dat je mee wil geven met De Genesissleutel?
Ik wil de kracht van verhalen laten zien. Verhalen hebben een samenbindende kracht. Als mensen samen in een verhaal geloven, kan dat voor verbinding zorgen. En dan maakt het niet eens meer uit of iets echt is gebeurd. Als mensen elkaar maar lang genoeg hetzelfde verhaal doorvertellen, krijgt het een zeggingskracht die op een gegeven moment zelfs bestand is tegen feiten die bewijzen dat het niet waar is.
Waar haalde je de inspiratie voor De Genesissleutel vandaan?
Ik ben altijd gefascineerd geweest door het heelal, door de mogelijkheid van buitenaards leven, door UFO’s en aliens. Ik was – en bén – gek op films daarover, series als The X-files, en documentaires. Voor mij zijn al die verhalen rond UFO-waarnemingen en ontvoeringen een soort van moderne mythologie of religie zo je wilt. Er komen in feite veel zingevingsvragen in terug: zijn wij alleen? maken wij deel uit van een groter plan? Is er een bepaalde reden dat wij hier zijn? Ik heb er altijd zelf ook over willen schrijven en in dit boek kón ik dat eindelijk doen. Die Nazcalijnen komen altijd maar weer terug in de boeken van Erich von Däniken en in series als Ancient Astronauts. De Nazcawoestijn is een van de droogste gebieden ter wereld en vormt een prachtig decor voor een spannend verhaal.
Je hebt een grote fascinatie voor de figuur Jezus en voor het vroege Christendom. Welk Christelijk verhaal zou je wel eens op jouw eigen manier willen vertellen?
Ik zou heel graag eens de laatste dagen van Jezus op aarde willen navertellen. Ik denk dat het verhaal zoals dat in het Nieuwe Testament terecht is gekomen, maar een deel van het verhaal is. Het lijkt me superinteressant om dat overbekende verhaal in een nieuw jasje te gieten, gebaseerd op de nieuwe inzichten die er op dat gebied zijn verschenen. Zo moet Jezus in zijn tijd een onbetekenende figuur zijn geweest, want buiten het Nieuwe Testament is er eigenlijk niemand die over hem schrijft. En als er al fragmenten zijn waar hij in voorkomt, dan zijn dat altijd vervalsingen.
Jouw boeken zijn in Nederland echt een groot succes had je dit succes verwacht toen je begon met schrijven?
Nee, natuurlijk niet. Je hoopt wel dat mensen mooi gaan vinden wat je schrijft, maar dat ik na vijf jaar meer dan 150.000 boeken zou verkopen, vertaald worden naar 5 talen en wekenlang internationaal op nummer 1 staan bij Amazon, dat is echt te gek. Deze week is bijvoorbeeld Het Pilgrim Fathers Complot in het Duits uitgekomen, dat heeft toch echt wel iets onwerkelijks.
Welk personage uit De Genesissleutel vind je het meest bijzonder en waarom?
Ik denk de hoofdpersoon Ángel Trustfull. Hij is opgegroeid in Groningen, maar heeft alle schepen achter zich verbrand en is naar Suriname vertrokken – waar de wortels van zijn vader liggen. Van daaruit is hij door het Amazone-oerwoud van Brazilië en Peru getrokken en uitgekomen bij de Nazcawoestijn waar hij piloot is geworden. Dat avontuurlijke van hem spreekt me erg aan.
Op welke plek werk je eigenlijk graag aan je boeken.
Ik huur een bureautje in de stad waar ik elke dag heen ga om te zitten schrijven. Ik ga er om een uur of acht heen en ga aan het einde van de middag weer naar huis. Ik houd echt kantoortijden aan. Sommige mensen vinden dat een weinig romantisch idee. Ze verwachten van een schrijver dat hij diep in de nacht aan het ploeteren is, een fles wijn naast zich op tafel, maar dat is het dus niet. Voor mij werkt deze regelmaat het beste.
De Genesissleutel ligt inmiddels in alle boekenhandels. Dat betekent dat de lezers en de recensenten hun mening gaan vormen over jouw boek. Hoe vind je het om al deze meningen te lezen?
Soms is dat best lastig. Het gekke is dat je negen positieve recensies kunt lezen en één negatieve, maar dat die negatieve je dan toch het meest bezighoudt. Zo werkt dat blijkbaar nu eenmaal. Maar gelukkig overheersen de positieve reacties. Het is echt fijn als mensen je schrijven dat ze zo van je boek hebben genoten of dat ze zichzelf moesten dwingen om te gaan slapen, maar dat ze eigenlijk verder wilden lezen.
Ben je eigenlijk wel eens vastgelopen tijdens het schrijven aan jouw boeken?
Nee, dat gebeurt eigenlijk nooit. Ik ben een heel intuïtieve schrijver. Na een onderzoek van 4-5 maanden komt er een verhaal bij me op, in grote lijnen. Als ik begin weet ik ongeveer waar het moet eindigen, maar dat is het. Ik begin bij hoofdstuk 1, dan hoofdstuk 2, et cetera. En in 4-5 maanden schrijf ik het boek, zonder te stoppen. Dat kunnen zomaar 500 pagina’s zijn. Die gaan naar mijn redacteur en dan begint eigenlijk het echte werk: het herschrijven.
Inmiddels heb je al een groot aantal boeken op je naam staan. Wat heb je geleerd tijdens het schrijven van je eerste boek tot aan je laatste boek?
Ik geef inmiddels ook schrijfcursussen en een van de belangrijkste dingen die ik wil meegeven, is dat inspiratie heel erg wordt overschat. Uiteindelijk komt het er toch vooral op neer dat je moet gaan zitten en gaan schrijven. De inspiratie volgt dan vanzelf. Zó werkt het en niet andersom. Ik las een mooi citaat van Picasso die zei: “Inspiratie bestaat, maar die moet jou werkend aantreffen.”
Kun je de lezers nog in het kort vertellen waar De Genesissleutel over gaat?
De Genesissleutel speelt in Peru, om precies te zijn in de Nazcawoestijn. In het rotsachtige zand liggen al eeuwenlang raadselachtige tekeningen tot wel driehonderd meter groot, die alleen vanuit de lucht te zien zijn. Deze tekeningen zijn altijd met veel raadsels omgeven geweest. Wie heeft ze gemaakt? Voor wie? En vooral: waaróm zijn ze gemaakt?
Schrijvers zoals Erich von Däniken (Waren de goden kosmonauten?) geloven dat deze tekeningen boodschappen zijn aan aliens die ooit de aarde hebben bezocht – dit heet de Ancient Astronauts theorie. Deze buitenaardse wezens zouden op veel plekken op aarde bouwwerken hebben achtergelaten zoals de piramides in Egypte of tempels zoals in Tiahuanaco (Bolivia) of Sacsayhuaman (Peru). Zij beloofden op een dag terug te komen. Het thema van goden die beloven terug te komen is een universeel thema in de mythologie en godsdiensten wereldwijd, een fascinerend gegeven.
In De Genesissleutel zien de Nederlandse Ángel Trustfull en zijn Peruaanse collega Luz Feria tijdens een toeristische vlucht boven deze tekeningen in de woestijn onder hen een man in nood. Ze raken betrokken in een bizar verhaal, waarin alles was ik net vertelde een rol speelt.
Tot slot heb ik nog een aantal dilemma’s voor je welke kies je en waarom?
Lesgeven of boeken schrijven?
Boeken schrijven, omdat daar alles in samenkomt wat ik leuk vind en waar ik goed in ben. En de vrijheid die ik heb is ongekend.
E-boek of papieren boek?
Papieren boek. Ik vind het fijn een boek echt in de hand te hebben, te weten waar je in het verhaal bent, makkelijk te kunnen terugbladeren enzovoort.
Zelf koken of uit eten gaan/ Afhalen?
Zelf koken. Ik vind dat echt heel erg ontspannend, het snijden van groente kan bijna een zen-oefening zijn.
Zoetig of Hartig?
Ik ben een echte zoetekauw. Thuis verstoppen ze de chocolade en de drop voor me, omdat ik anders alles opeet.
Lezen of schrijven?
Hm, lastig. Ik vind schrijven echt heel fijn, maar een goede schrijver moet ook veel lezen. En ik hou heel veel van lezen, van kinds af aan al.
Hutje op de hei of Appartementje in de stad?
Mijn droom zou uiteindelijk een hutje op de hei zijn, maar mijn vrouw is een echt stadsmens, dus dat zal lastig worden. Misschien een huis in de stad met een enorme tuin?
Koud of Warm?
Koud. Als het echt warm is, functioneer ik minder goed. Op kou kun je je goed kleden. Thuis heb ik ook altijd een dekentje over me heen als ik op de bank zit.
Wandelen of Zwemmen?
Wandelen, hoewel ik zwemmen ook heel tof vind, maar dat is vaak zo’n gedoe. Ik wandel naar mijn kantoortje zodat ik iedere dag in ieder geval 2 x 20 minuten loop.
Ik hoop dat jullie genoten hebben van dit interview met Jeroen Windmeijer. In 2021 Zullen jullie Jeroen weer terug zien op mijn blog 🙂 Persoonlijk kan ik niet wachten om zijn boeken te gaan lezen,
Liefs, Melanie
Wat een leuk interview. Ik ken de schrijver niet. Even in de gaten houden.
Lindaschrijfthetop onlangs geplaatst…Huishouden: de wasmachine de uitvinding van deze eeuw
Wat leuk om te lezen dat een studie culturele antropologie zoveel mogelijkheden biedt. Van leraar tot schrijver : )
nicole onlangs geplaatst…Linda de Mol heeft Rutte + de wekelijkse Linkparty!